Inspiratie uit Happy City

7 sleutelideeën van Charles Montgomery

Een half jaar geleden, zeg maar middenin de eerste coronagolf, mocht ik bijdrage aan een webinar van de Stadsbeweging met als onderwerp: “hoe zorg je nu voor binding met je centrum”. Als dank kreeg ik na afloop het boek “Happy City -Transforming our lives through urban design”, geschreven door Charles Montgomery. Deze zomer vond ik de tijd en de rust om het te lezen en dit boek bracht me de bevlogenheid voor acties waarmee ik als mens en als citymarketeer in het bijzonder meer dan een deuk in een pakje boter wil slaan. Juist nu.

Die inspiratie deel ik graag met je. En ik hoop dat we van elkaars ervaringen de komende tijd kunnen leren. Graag!

Voor een uitgebreide boekbespreking kun je goed terecht op https://lifeclub.org/books/happy-city-charles-montgomery-review-summary, maar dit zijn enkele highlights en mijn vertaling naar de praktijk:

Sleutelidee # 1: buitenwijken van de stad zijn ontworpen om ons gelukkiger te maken, maar zo is het niet helemaal gelukt. We hebben meer last van de afstand dan profijt.

  • Het boek is vanuit Amerikaans perspectief geschreven, dus niet alle voorbeelden zijn van toepassing in Nederland. Maar de constatering dat we de afgelopen jaren teveel tijd hebben verspild aan woon-werk verkeer herken ik uit persoonlijke ervaring. Daarom stimuleren we op bedrijventerrein Lage Weide de inzet van werknemers uit de nabije omgeving. En voor mijzelf geldt: ook na de crisis wil ik minder in de auto zitten. Bijvoorbeeld door -net als nu- vaker videogesprekken in te plannen.

Sleutelidee # 2: openbare ruimtes worden aantrekkelijker door minder auto’s en beter onderhoud.

  • Hoe breng je mensen dichter bij elkaar? Met ‘common spaces’: een goede stedenbouwkundige creëert hiervoor ruimte waar we samen kunnen rondhangen. Schoon, heel en veilig. Dat is niet nieuw. Maar ik was wel onder de indruk van de wetenschappelijke onderbouwing én de praktijkvoorbeelden die lieten zien hoe groot met name de negatieve impact van autoverkeer kan zijn. Als ik weer eens verzeild raak in een discussie over auto’s in de binnenstad, zal ik daarom een meer genuanceerd standpunt innemen. Voor mij geen platte asfaltlobby (meer). Wel vriendelijker ruimtes in de stad als het even kan.

Sleutelidee # 3: parken die klein maar dicht en divers zijn, maken stadsbewoners het gelukkigst.

  • Kleine natuurlijke ruimtes zijn genoeg om wonderen te doen voor onze stemming, vooral als ze gevuld zijn met diverse soorten flora. Veel gazons en parken in de stad zijn grote open ruimtes met weinig bomen. Maar uit onderzoek blijkt dat hoe gevarieerder en complexer een tuinlandschap is, hoe gelukkiger het ons zal maken. Dat is voor mij vanaf nu een aandachtspunt als ik plannen mag beoordelen. Overigens: in Kampen zetten we uit klimaatoverwegingen in op vergroening van de binnenstad. Nu heb ik een extra argument om daarvoor te pleiten. Je wordt er gewoon blijer van!

Sleutelidee # 4: Drukte zorgt ervoor dat we ons willen verstoppen voor de wereld; een goede stad helpt bewoners te ontsnappen wanneer dat nodig is.

  • Steden die mensen gelukkig maken, moeten een bijzondere evenwichtsoefening uitvoeren. Ze moeten mensen dichter bij elkaar kunnen brengen – zonder ze natuurlijk te dichtbij te brengen, zoals steden uit de negentiende eeuw. In coronatijd zijn we ons extra bewust geworden van de potentiële zintuiglijke overbelasting van drukke steden én van de besmettingsrisico’s. Voor mij betekent het ‘nieuwe normaal’ niet dat we na de crisis altijd anderhalve meter afstand blijven houden. Maar wel dat we ruimte creëren waar nodig en nabijheid als dat kan. Want als we omringd zijn door een drukke mensenmassa, heeft ons zenuwstelsel de neiging om een ​​beetje overweldigd te raken. De uitdaging voor Utrecht om haar groeistuipen de komende in goede banen te leiden én te zorgen voor gezond stedelijk leven is voor mijn gevoel enorm. Ik hoop dat we op bedrijventerrein Lage Weide daaraan onze bescheiden bijdrage kunnen leveren.

Sleutelidee # 5: beslissingen over het stadsleven zijn niet immuun voor vooringenomenheid en slechte planning.

  • Maar al te vaak worden grote beslissingen genomen op basis van de huidige situatie, zonder na te denken over hoe de zaken in de toekomst kunnen evolueren. In de jaren zestig werd Atlanta bijvoorbeeld geconfronteerd met ernstige verkeersproblemen. De voor de hand liggende oplossing? Bouw meer wegen! Het uitbreidingsproject van de snelweg leek het probleem te hebben opgelost – in eerste instantie tenminste. Op de lange termijn gaven de betere wegen mensen een reden om meer auto’s te kopen, en na vijf jaar zaten de straten weer vol. Voor mij extra aanleiding om terug te komen op Sleutelidee #2, zeker ook omdat er nu allerlei ontwikkelingen zijn met grote mogelijke ruimtelijke impact. Zet autodelen en Mobility as a Service in de post-corona situatie alsnog door? Gaan we straks echt in autonoom rijdende auto’s de weg op? Dan hebben we waarschijnlijk minder parkeergarages nodig, maar wel heel andere infrastructurele aanpassingen.

Sleutelidee # 6: Wandelen en fietsen maakt ons gelukkiger, en slimme steden weten hoe ze dit kunnen stimuleren.

  • Autorijden door een stad is zelden een ontspannende ervaring. En door de file van en naar huis geeft ons lichaam stresshormonen af. Niet echt het ideale recept voor een lange dag op kantoor! Dus als je niet thuis werkt, maar toch naar je werk gaat, zou fietsen of wandelen meer voor de hand liggen. We hebben in Nederland ongelooflijk veel fietspaden, maar het kan nog een stuk beter. Op Lage Weide kunnen we daarover meepraten. Niet alleen door betere, veiliger wegen, maar ook door werknemers te belonen als ze de fiets pakken in plaats van een kilometervergoeding voor autoreizen. Door te zorgen voor voldoende fietsenstallingen, het liefst overdekt en bewaakt.

Sleutelidee # 7: De gelukkigste steden worden gedreven door stadsplanning die middelen herverdeelt aan de minder bevoorrechten.

  • In ‘Happy City’ wordt vooral een pleidooi gehouden voor herverdeling van ruimte, geld en aandacht van auto’s naar openbaar vervoer, fietsen en lopen. Niet onterecht. Maar wat me vooral aanspreekt, is de gedachte dat een elite van bevoorrechte inwoners van de stad niet nog extra privileges krijgen waardoor de meerderheid er bekaaid van af komt. Zelf vertaal ik dat graag naar woningbouw voor mensen met een kleinere portemonnee en dergelijke. En in Kampen bereiden we een grootschalig project ‘Kampen All Inclusive’ voor. Want iedereen telt mee, zeker in de hartelijke Hanzestad waar ik met veel plezier voor werk!